Sinds begin 2023 beschikt de gemeente Geertruidenberg over een zelfstandige Rekenkamer, een belangrijk en onafhankelijk controle- en onderzoeksinstrument van de gemeenteraad. De door burgemeester Marian Witte in februari van dat jaar beëdigde leden zijn Laura van Asseldonk (voorzitter), Petra Paulides en Jos van den Elshout. In juni van dit jaar kwamen zij, na samenwerking met onderzoeksbureau BBSO, met een pittig rapport over het drank- en drugsgebruik onder jongeren met als titel ‘Stap uit de roes’. Volgens de Rekenkamer wordt in de gemeente Geertruidenberg drinken op jongere leeftijd als ‘normaal’ ervaren en vindt de eerste kennismaking met alcohol vooral in huiselijke kring plaats. Ook het drugsgebruik in onze gemeente is volgens het rapport zorgelijk te noemen. Drank en drugs zorgen, in combinatie met onder meer het illegaal afsteken van vuurwerk, hangjongeren en graffiti, voor een beduidend minder prettige woon- en leefomgeving op diverse locaties in de gemeente Geertruidenberg.

In een brief van 18 april reageerde het college van B&W op het pittige rapport van de gemeentelijke Rekenkamer. Daarin wordt erkend dat het voorgenomen beleid, gericht op alcohol- en drugspreventie, de afgelopen jaren niet volledig is uitgevoerd. ‘Het had de omstandigheden niet mee’, staat er in de brief. Daarmee worden andere prioriteiten, corona, onderbezetting en wisseling van personeel bij de gemeente Geertruidenberg bedoeld, die een negatieve rol speelden bij het oplossen van de problemen; zo is de werkgroep Verslavingszorgbeleid sinds 2020 niet meer in actie geweest. In het rapport van de Rekenkamer wordt ook de gemeenteraad aangesproken met de aanbeveling haar kader stellende rol in het alcohol- en drugsbeleid expliciet(er) op zich te nemen. Mede door het falende beleid haalde de jeugd van onze gemeente de provinciale krantenkoppen, aangezien de jongeren in onze gemeente meer verslavende middelen gebruiken dan hun leeftijdgenoten elders in de provincie. De scholieren in onze gemeente scoren relatief hoog met ‘binge drinken’ (vijf of meer drankjes op één gelegenheid) en dronken/aangeschoten zijn, met name door de vierdeklassers van het Voortgezet Onderwijs. En dat zorgt aansluitend veelal voor onaangepast (lees: asociaal) gedrag op straat.

Fat-bike-groupies

Dronken/aangeschoten zijn, gaat veelal gepaard met veel geschreeuw op straat, (zwaar) vuurwerk afsteken en vernielzucht, en dat op tijden dat een normaal mens allang op bed ligt. Voeg daarbij het uitdagende gedrag overdag van pubers op een e-bike of Fat-bike, dan is een fijne leef- en woonomgeving vaak een utopie. Gesprekken in tal van radio- en televisieprogramma’s maken duidelijk dat de maatschappij verruwd en verhard. Gesprekken met onder andere Stichting Halt, politie (de wijkagent), boa’s en het Centrum voor Jeugd en Gezin helpen niet of nauwelijks. Een belangrijke rol daarbij speelt dat er te weinig politieagenten en boa’s zijn. Die dan ook nog eens reageren op tijden dat de bedoelde hanggroep zeker niet aanwezig is. Een terugkerende probleemplek is bijvoorbeeld het speeltuintje aan het Kardeel, waarin na 21.00 uur geen personen meer mogen verblijven. De voor onrust zorgende jeugd komt pas ruim na die tijd de rust verstoren. De boa’s gaan weleens kijken, maar doen dat bij voorkeur rond 12.00 of 17.00 uur. Ze komen altijd aanrijden in een duidelijke herkenbare auto met daarop in grote letters de tekst Handhaving. Mocht er op dat moment inderdaad overlast zijn van jongeren, dan hebben leeftijdgenoten, die de auto hebben gesignaleerd, de komst van boa’s al gemeld aan de overlastplegers. Zulke momenten zijn duidelijk te herkennen aan snel wegrennende of -fietsende jongeren. Daaronder opvallend veel zeer jonge meiden, een soort ‘Fat-bike groupies’, die op die tijd allang in bed hadden moeten liggen. Dat maakt ook duidelijk dat er ook een belangrijke rol voor de betreffende ouders is. Op de opmerking aan de boa’s dat het misschien een idee is om op ongeregelde tijden te surveilleren in burger of in een neutrale wagen, wordt wat meewarig gereageerd door het ‘blauw op straat’.

Fat-bikes en graffiti

Diverse bezitters van met name een Fat-bike vinden het leuk om uit te dagen door te gaan fietsen op plaatsen waar het niet mag. Zoals in de Hoofdstraat en in winkelcentrum Het Anker, hopend dat er mensen zijn die daarvan dan wat zeggen. Meestal met succes, waarna zij reageren met de vraag waarom alleen zij worden aangesproken en niet de ouderen die daar ook fietsen. En daar hebben ze absoluut een punt, want jong en oud fietst daar inderdaad met grote regelmaat. Die ouderen houden zich hoogstwaarschijnlijk niet bezig met graffiti ofwel het met spuitbussen tal van (straat)objecten onderspuiten met hun ‘handtekening’. Werkelijk alles wordt beklad. Zo staan er in de gemeente sinds enige tijd op verschillende locaties borden met daarop het woord Beweegg en uitleg over de daar geplaatste toestellen. Aan het Kardeel stond het fraaie bord er amper een dag, en het was al beklad met graffiti. De gemeente heeft het in korte tijd al twee keer moeten reinigen. Graffiti is strafbaar en wordt gedaan door personen die, het één sluit het ander niet uit, wellicht drank of drugs gebruiken. Want dat komt, zo is door de gemeentelijke Rekenkamer vastgesteld, in deze gemeente veelvuldig voor. Het is dan ook de hoogste tijd voor een daadkrachtige uitvoering van het gemeentelijk drank- en drugsbeleid, waarbij ook de overlast van hangjongeren, het afsteken van vuurwerk en graffiti aangepakt dient te worden. Een adequate aanpak leidt hopelijk tot een prettigere woon- en leefomgeving in de gemeente geertruidenberg. (jh)