Geertruidenberg - De Latijnse school was vóór de 19e eeuw een in heel Europa wijdverbreid schooltype, dat leerlingen (uitsluitend jongens, afkomstig uit de hogere en middenklasse) voorbereidde op een religieus ambt of een studie aan een universiteit. Veelal was de school verbonden aan de kerk en in het begin vonden de lessen soms zelfs plaats in een kerk. Latijn was destijds de taal van de wetenschap en de colleges op universiteiten werden dan ook in die taal gegeven. Vrijwel iedere stad en een aantal grotere dorpen beschikten over een Latijnse school. Ook in Geertruidenberg stond ooit een Latijnse school, die rond 1700 was gevestigd in het Prinsenhof in de Koestraat. Op woensdag 16 april vindt in het Gertrudisstaete aan de Venestraat en door de Oudheidkundige Kring ‘Geertruydenberghe’ georganiseerde lezing plaats over het dagelijks leven in de Latijnse school. Deze ook voor niet-leden gratis toegankelijke lezing is rijk voorzien van afbeeldingen en theaterfragmenten en wordt gegeven door Maria van Deutekom.
Door Jan Hoek
In de middeleeuwen was het onderwijs in iedere stad in de Nederlanden voorhanden. Naast de aanwezige scholen voor lager onderwijs, bestond er ook een school als voorbereiding op een religieus bestaan of universitaire studie: de Latijnse school. In de 17e eeuw was er niet alleen in Nederland, maar in heel Europa in vrijwel iedere stad een Latijnse school. Deze school was vooral een voorbereiding op een studie aan de universiteit, waar in het Latijn werd lesgegeven. Ook in Brabant waren er Latijnse scholen, niet alleen in steden als ’s-Hertogenbosch, Tilburg, Breda en Eindhoven, maar ook in alle belangrijke centrumplaatsen als Oirschot, Gemert, Hilvarenbeek, Sint-Oedenrode, Oisterwijk en Geertruidenberg. Er werd niet alleen lesgegeven in Latijn, maar er was ook aandacht voor literatuur, zang en toneel. Toneel werd in die tijd gezien als spiegel van het dagelijks leven, waarin Nederland toneelschrijvers had die tot ver over de landsgrenzen bekend waren. Tijden veranderen en ook bij de Latijnse scholen trad na een lange periode van bloei het verval in. Ook de Latijnse scholen in Brabant bleef dat lot niet bespaard. Maria van Deutekom neemt de aanwezigen in haar lezing mee op een ‘schoolse’ reis door de tijd en passeert daarbij ongetwijfeld Geertruidenberg. Zij doet dat aan de hand van sprekende voorbeelden van het dagelijks leven in de Latijnse school, waarbij ook roemrijke personen uit het verleden een rol spelen. Maria van Deutekom is van huis uit docent Nederlands en Theater. Tegenwoordig geeft zij onder meer historische lezingen en is ze actief als theaterregisseur. Zie voor meer informatie haar website verhalenhuis.nl. De aanvang van de lezing is 20.00 uur (zaal open 19.30 uur) en is, ook voor niet-leden, gratis toegankelijk.